Directeuren van grote hulporganisaties waarschuwen dat hulpsysteem in Gaza op instorten staat: “Laat ons ons werk doen!”
Na 18 maanden oorlog, een verwoestende tol voor burgers en hulpverleners, en inmiddels zes weken onder totale belegering, staat het humanitaire hulpsysteem in Gaza op het punt van totale ineenstorting. De CEO’s van twaalf grote hulporganisaties doen een dringende oproep: Laat ons ons werk doen.
Uit een nieuw onderzoek naar humanitaire toegang, uitgevoerd onder 43 internationale en Palestijnse hulporganisaties die actief zijn in Gaza, blijkt dat bijna allemaal – 95 procent – hun hulpverlening moest stopzetten of drastisch moesten beperken sinds het einde van het staakt-het-vuren op 18 maart. Wijdverspreide en willekeurige bombardementen maken beweging binnen het gebied extreem gevaarlijk.
De bevolking van Gaza – in het bijzonder vrouwen en kinderen – betaalt de prijs. Gezinnen leven tussen het puin van hun verwoeste huizen. Hongersnood is niet langer slechts een risico, maar ontwikkelt zich snel in bijna alle delen van Gaza. De Verenigde Naties waarschuwen dat de humanitaire crisis in Gaza nu op het ergste punt is sinds het begin van het conflict, 18 maanden geleden.
Zonder middelen om mensen in leven te houden, zijn ziekenhuizen veranderd in mortuaria. Meer dan 51 duizend Palestijnen zijn naar verluidt omgekomen. Een van de laatste gedeeltelijk functionerende ziekenhuizen, het Al-Ahli Arab ziekenhuis in Noord-Gaza, werd afgelopen zondag gebombardeerd.
“Dit is een van de grootste humanitaire mislukkingen van onze generatie. Elke persoon in Gaza is afhankelijk van humanitaire hulp om te overleven. Die levenslijn is volledig afgesneden sinds 2 maart, toen een blokkade op alle hulpgoederen werd opgelegd door de Israëlische autoriteiten.”
“We hebben voorraden klaarstaan. We hebben getraind medisch personeel. We beschikken over de expertise. Wat we niet hebben, is toegang – of de garantie van de Israëlische autoriteiten dat onze teams hun werk veilig kunnen doen. Zelfs overleven lijkt nu buiten bereik te raken en het humanitaire systeem staat op instorten,” aldus de gezamenlijke verklaring van de directeuren van de twaalf hulporganisaties.
Gaza is de dodelijkste plek ter wereld voor humanitaire hulpverleners.
24 van de ondervraagde organisaties meldden dat de bewegingsvrijheid in Gaza verder is ingeperkt, wat hun mogelijkheid om hulp te leveren ernstig belemmert. 19 organisaties meldden dat hun hulpgoederen worden opgehouden buiten Gaza – het gaat om ten minste 9 duizend pallets aan voorraden.
Gaza heeft nu een tragisch record: het is de dodelijkste plek ter wereld voor humanitaire hulpverleners. We kunnen ons werk niet uitvoeren als we onder vuur liggen, en we kunnen niet zwijgen terwijl onze medewerkers worden gedood.
Meer dan 400 hulpverleners en meer dan 1.300 zorgverleners zijn sinds oktober 2023 omgekomen in Gaza, ondanks de verplichting onder het internationaal humanitair recht om hulpverleners te beschermen.
De recente moord op 15 Palestijnse paramedici en reddingswerkers, van wie de lichamen werden aangetroffen in een massagraf, leidde wereldwijd tot verontwaardiging – maar veel schendingen en aanvallen worden niet eens gerapporteerd.
Hoewel er hoop was dat het acht weken durende staakt-het-vuren een keerpunt zou zijn, is het geweld tegen burgers en hulpverleners alleen maar toegenomen. Sinds Israëlische troepen de bombardementen hervatten, meldden minstens 14 organisaties dat Israëlisch vuur hun personeel of hulpfaciliteiten direct of indirect heeft getroffen.
Elke dag opnieuw worden hulpverleners – van wie de meerderheid Palestijns is – tot doelwit gemaakt, vastgehouden, gehinderd of gedood. En elke dag opnieuw worden regels die burgers in tijden van oorlog zouden moeten beschermen, genegeerd. Wanneer onze medewerkers, partners, konvooien, kantoren en magazijnen worden gebombardeerd, is de boodschap luid en duidelijk: zelfs levensreddende hulp is niet langer veilig.
Dit is onaanvaardbaar.
Ondertussen hebben de Israëlische autoriteiten een nieuw systeem voorgesteld voor de goedkeuring van hulpverlening in Gaza. De secretaris-generaal van de Verenigde Naties beschreef dit als “het beperken van hulp tot de laatste calorie en het laatste korreltje bloem.” Dit systeem zou een gevaarlijk nieuw wereldwijd precedent scheppen en de laatste mogelijkheid om hulp onafhankelijk van militaire of politieke invloeden te leveren, wegnemen. Nieuwe visum- en registratievoorschriften voor ngo’s, gebaseerd op vage criteria, zullen humanitaire verslaggeving censureren en ons beletten in het uitvoeren van ons werk.
Wij roepen alle partijen op om de veiligheid van onze medewerkers te garanderen en veilige, ongehinderde toegang tot en binnen Gaza via alle grensovergangen toe te staan. Ook roepen wij wereldleiders op om zich uit te spreken tegen verdere beperkingen.
Wij roepen op tot de bescherming van burgers en civiele infrastructuur, waaronder ziekenhuizen, scholen en opvangcentra, en tot het onmiddellijk herstellen van basisvoorzieningen zoals water, elektriciteit en sanitaire voorzieningen, zoals vereist onder internationaal recht.
Wij roepen op tot de vrijlating van de gijzelaars.
Wij roepen op tot de vrijlating van alle willekeurig vastgehouden Palestijnen.
Wij roepen opnieuw en nadrukkelijk op tot een onmiddellijk en permanent staakt-het-vuren.
Humanitaire hulp mag nooit als politiek instrument worden ingezet. Levens redden zou geen controversieel standpunt mogen zijn. Oorlogsrecht, dat eeuwenlang is ontwikkeld om gedrag te reguleren en burgers te beschermen, mag nu niet worden afgedankt. Laat ons ons werk doen.
Ondertekenaars:
- Inger Ashing, CEO, Save the Children International
- Amitabh Behar, Executive Director, Oxfam International
- Sean Carroll, President en CEO, American Near East Refugee Aid (Anera)
- Steve Cutts, interim CEO, Medical Aid for Palestinians (MAP)
- Nicolas Dotta, CEO, Médecins du Monde Spanje
- Jan Egeland, Secretaris-generaal, Norwegian Refugee Council (NRC)
- Reena Ghelani, CEO, Plan International
- Manuel Patrouillard, Managing Director, Humanity & Inclusion – Handicap International
- Morgane Rousseau, CEO, Médecins du Monde Zwitserland
- Reintje van Haeringen, Voorzitter – Uitvoerend Comité, CARE International
- Joel Weiler, CEO, Médecins du Monde Frankrijk
- Rob Williams, CEO, War Child Alliance
